Harder, maar minder vaak regen
Uit waarnemingen boven Nederland blijkt dat de intensiteit van een bui met ongeveer 14 procent per graad toeneemt. Dit is twee keer zo veel als de toename van de hoeveelheid vocht in een warmere atmosfeer. Om dit te verklaren is het nodig te begrijpen hoe extreme buien ontstaan en waardoor ze beinvloed worden.
Hierbij blijken zowel de aanvoer van vocht als de instabiliteit van de atmosfeer een cruciale rol te spelen. Dat stelde Jessica Loriaux van het KNMI die op 18 januari promoveerde aan de TU Delft op een onderzoek naar extreme regenbuien. Haar promotieonderzoek levert meer inzicht in het ontstaan van zware buien, waardoor deze buien beinvloed worden en hoe ze zich gedragen in het toekomstig klimaat.
Een toenemende instabiliteit van de atmosfeer leidt in het huidige klimaat vooral tot een grotere intensiteit van een bui, terwijl de grootschalige aanvoer van vocht van belang is voor de frequentie van de buien. Die resultaten volgen uit een serie baanbrekende modelsimulaties in een zeer hoge-resolutie-model, waarbij buien zeer realistisch kunnen worden nagebootst. De modelberekeningen laten ook zien dat de intensiteit van extreme buien toeneemt in een warmer klimaat, terwijl de frequentie van de buien iets afneemt. Dit betekent dat het in een warmer klimaat harder, maar minder vaak zal regenen.
bron: KNMI