Deze uitspraak klopt niet. Een buienwolk beweegt met de wind op grotere hoogte en trekt zich niets aan van wel of geen water. Wel gebeurt er iets met de ontwikkeling van de buienwolk. De voeding voor een bui is warme lucht. In het voorjaar en in de vroege zomer is het water nog relatief koud, de lucht daarboven is ook wat kouder. Is het water breed genoeg, dan sterft zo'n bui boven het relatief koude water uit. In dergelijke omstandigheden kunnen zich langs de rand van het water (boven het warmere land) weer nieuwe buien ontwikkelen. Het lijkt dan alsof de bui ineens de bocht omgaat en een rivier of meer niet wil oversteken.