De foto’s van de prachtig groene lichtflitsen in sneeuwachtige landschappen heb je vast wel eens gezien. Het Noorderlicht is een bijzonder weerfenomeen dat bij veel mensen op de bucketlist staat om te zien. Maar wist je dat het er in het echt eigenlijk heel anders uit ziet? Hier leggen we je uit hoe dat kan.
Minder felle kleuren
Wanneer je het Noorderlicht in het echt ziet, dan kom je erachter dat de kleuren helemaal niet zo fel zijn zoals je hebt gezien op foto’s. Vaak heeft het licht een meer melkachtige, witte kleur. Als je geluk hebt, dan zie je misschien een vage glinstering van groen, lichtpaars of roze. Dat blijkt echter vrij zeldzaam te zijn.
Camera detecteert meer
Fotograaf Mike Taylor vertelt aan de nieuwssite Huffpost hoe dit kan. Volgens hem detecteert een camera het Noorderlicht anders dan onze ogen. Dit komt omdat onze ogen in het donker slecht in staat zijn om kleur te zien. Dat bevestigt Andrea Thau, vice president van het Amerikaanse Optometric Association.
Groen aan de horizon
Taylor fotografeert het Noorderlicht al meer dan twee jaar. Hij zegt dat hij vooral wit licht ziet, met vage rood- en rozetinten. Alleen in foto’s komen andere kleuren naar voren. ‘‘Soms kan je onderscheid maken in kleuren,’’ vertelt hij. ‘‘Maar voor het grootste gedeelte zie je een klein beetje groen aan de horizon met witte pieken die in de lucht schieten.’’ Wanneer je je op een hogere breedtegraad bevindt, heb je meer kans om iets meer van het groene spektakel te zien. ‘‘In IJsland, Noorwegen en Rusland schijnen ze meer groen te zien,’’ vertelt Taylor. De beste tijd om het licht te gaan zien is rond een zogenaamde equinox. In 2021 is dat rond eind maart.